Sociaal-emotionele ontwikkeling
IKC BentelWijz is er niet alleen om te leren, maar wil bovenal een leefgemeenschap zijn, waar alle kinderen hun persoonlijkheid kunnen ontwikkelen, zelfvertrouwen kunnen opbouwen en kennis kunnen verwerven. Door kinderen bewust respect voor elkaar te hebben en waardering op te laten brengen voor elkaars werk en capaciteiten trachten we de kinderen klaar te stomen tot goede medeburgers. Eveneens is het hierbij van belang om kinderen te leren omgaan met de eigen gevoelens en die van anderen en dat kinderen komen tot zelfredzaamheid en zelfstandigheid.
We trachten dit te bewerkstelligen door kinderen samen te laten spelen en werken en door in gesprekken aandacht te besteden aan sociaal-emotionele onderwerpen. Hierbij maken we gebruik van onderwerpen die voortkomen uit de methode levensbeschouwing en de regels en afspraken die voortkomen uit de Gouden Weken. De school maakt gebruik van het sociaal-emotionele computerprogramma ‘Zien!’. Hierin wordt de sociaal emotionele ontwikkeling per kind vastgelegd en waar nodig omgezet in een plan.
Gezamenlijk doet de school er alles aan om pesten te voorkomen. Indien er wordt geconstateerd dat pestgedrag zich toch voordoet, dan zal de school passende maatregelen nemen conform het pestprotocol dat stichting breed wordt gehanteerd. Op IKC BentelWijz wordt pesten niet getolereerd.
Taal- en leesontwikkeling
De taal/leesontwikkeling kent vier kennisgebieden, te weten spreken, luisteren, lezen en schrijven. De taal/leesontwikkeling start op school direct in groep 1. In de groepen 1 en 2 wordt hierbij gebruik gemaakt van het taal/leesprogramma van de methode ‘Onderbouwd’, een programma voor voorbereidende taal/leesontwikkeling, ook wel beginnende geletterdheid genoemd. De methode hanteert een cyclus waar thematisch onderwerpen spelenderwijs aan bod komen rondom thema’s passend bij de belevingswereld en belangstelling van de kinderen en de actualiteit binnen het jaargetijde. Binnen ieder thema is er veel aandacht voor kringgesprekken, voorlezen van verhalen, rijmen, praatplaten, klankspelletjes, rollenspellen, experimenteren en herkennen van letters en klanken, etc.
In groep 3 wordt gestart met het eigenlijke aanvankelijk leesonderwijs. Voor het taal/leesonderwijs wordt gebruik gemaakt van de methode ‘Veilig Leren Lezen’. Het taal-, lees- en schrijfonderwijs ligt in groep 3 dicht bij elkaar. Voor het schrijfonderwijs hanteren we voor de groepen 3 t/m 8 de methode ‘Pennenstreken’.
Vanaf groep 4 vindt er enigszins een splitsing plaats tussen taal en lezen. Voor het taalonderwijs hanteren we de taalmethode ‘Taal Actief’. Deze methode behandelt alle vormingsgebieden binnen de taal: mondelinge taalvaardigheid (lezen, spreken en luisteren) en schriftelijke taalvaardigheid (schrijven, stellen, spelling en taalbeschouwing). Bij het inoefenen wordt veelvuldig gebruik gemaakt van computerprogramma’s ter ondersteuning. De groepen 4 t/m 8 werken met het computerprogramma Gynzy voor spelling. De kinderen verwerken de leerstof dan via een chromebook.
Het leesonderwijs is onder te verdelen in technisch lezen en begrijpend lezen. Voor het voortgezet technisch leesonderwijs gebruiken wij de methode Estafette vanaf groep 4. Voor begrijpend lezen gebruiken we Nieuwsbegrip XL. Om het leesonderwijs te ondersteunen en te stimuleren maken we gebruik van de Bibliotheek op school, een initiatief van de plaatselijke bibliotheek en de school.
Om de kinderen goed voor te bereiden op hun toekomst en om al een voorzetje te geven richting het voortgezet onderwijs maken de kinderen in de groepen 7 en 8 kennis met het vak Engels. Door gebruik te maken van de methode ‘Groove me’ worden de kinderen spelenderwijs in aandacht gebracht met de Engelse taal. Doelstelling is om het Engels enigszins te kunnen spreken en verstaan.
Reken- en denkontwikkeling
De reken/denkontwikkeling gaat uit van het ontdekken en in aanraking brengen van ordening in de omgeving. Door middel van een praktisch en logisch denkproces moeten de kinderen concrete oplossingen zien te creëren, abstracte opdrachten kunnen verwoorden en relaties leren hanteren. In de groepen 1 en 2 doen de kinderen allerlei ervaringen op bij het werken met ontwikkelingsmateriaal, zoals puzzels en kralensnoeren. Ook het spelen in de bouwhoek en/of het spelen met de zand- en/of watertafel leidt tot vele ontdekkingen. Tijdens hun spel, tijdens kringactiviteiten of werkopdrachten komen de kinderen in aanraking met rekenbegrippen. Deze beginnende gecijferdheid wordt ondersteund door de methode ‘Onderbouwd’ voor de groepen 1 en 2.
Groep 3 werkt met de rekenmethode SemSom. De groepen 4 t/m 8 werken met computerprogramma Gynzy volgens de lijn van de methode Wereld in Getallen. De kinderen verwerken de leerstof dan grotendeels op een chromebook.
Naast het werken in de reguliere methode wordt wekelijks aandacht besteed aan handig rekenen en automatiseren.
Wereldoriënterende vakken/vormingsgebiedenDe wereldoriëntatie, ook wel oriëntatie op mens en wereld genoemd, is een verzamelnaam voor een groot aantal vak- en vormingsgebieden die te maken hebben met de wereld om ons heen. Hiertoe rekenen we de volgende vak- en vormingsgebieden: aardrijkskunde, geschiedenis, natuur- en techniekonderwijs, geestelijke stromingen, bevordering gezond gedrag en sociale redzaamheid waaronder verkeer. Tot en met groep 3 werken de leerkrachten hoofdzakelijk vanuit de belevingswereld van het kind. Hierbij wordt ook gebruik gemaakt van verschillende moderne media en devices.
Aardrijkskunde
Voor aardrijkskunde gebruiken we de methode Meander. Deze methode, die thematische en topografische onderwerpen behandelt, wordt gebruikt in de groepen 4 t/m 8. De methode legt relaties met de eigen leefomgeving van de kinderen. Ook interculturele onderwerpen en wereldgodsdiensten worden successievelijk behandeld. Daarnaast worden ook onderwerpen die gerelateerd zijn aan burgerschapskunde behandeld.
Geschiedenis
De methode Brandaan wordt in de groepen 4 t/m 8 gebruikt voor geschiedenis. Deze methode laat de (Nederlandse) geschiedenis chronologisch voorbijkomen vanaf de Prehistorie tot de moderne hedendaagse geschiedenis. Staatsinrichting en onderwerpen die in relatie staan tot maatschappelijke verhoudingen zullen tijdens de geschiedenislessen behandeld worden. Ook burgerschapskunde maakt deel uit van deze methode.
Natuur en techniek/Gezond gedrag
Binnen het natuuronderwijs komen onderwerpen uit de plant-, dier- en menskunde aan bod. Daarnaast is er aandacht voor aspecten uit het dagelijks milieu, techniek en gezond gedrag. We hanteren de methode Naut in de groepen 4 t/m 8, waarbij natuur en techniek samen behandeld worden. Naast lichamelijke gezondheid en sociaal-emotionele aspecten wordt er ook aandacht besteed aan veiligheid.
Wereldoriëntatie
Voor wereldoriëntatie gebruiken we voor de groepen 1 en 2 Onderbouwd en voor groep 3 De Zaken. In beide methodes worden de algemene thema’s die ook de relaties met de leefwereld van de kinderen benaderen besproken. Algemene wereldoriëntatie komt ook voort in de methode voor de groepen 4 t/m 8: Naut, Meander en Brandaan.
Geestelijke stromingen/Levensbeschouwing
Geestelijke stromingen is geen apart vak dat bij ons op het lesrooster staat. Tijdens de lessen aardrijkskunde, geschiedenis en levensbeschouwing komen verschillende items aan bod die hierop betrekking hebben. Doelstelling van geestelijke stromingen is het bijbrengen van kennis en begrip omtrent culturele en religieuze verschillen tussen verschillende volkeren.
Levensbeschouwing (voorheen catechese) daarentegen staat wel wekelijks op het lesrooster. Tijdens de lessen levensbeschouwing wordt aandacht besteed aan de gevoelens van kinderen, omgang met elkaar, samen leven en werken, bijbelverhalen, relaties e.v.a. De methode Hemel en Aarde is een handreiking om gestructureerd diverse onderwerpen te bespreken met kinderen. Jaarlijks verschijnt er geactualiseerd nieuw lesmateriaal. Levensbeschouwing is ook een onderdeel van burgerschapskunde.
Verkeer/Sociale redzaamheid
Binnen de vakken verkeer en natuuronderwijs kom je sociale redzaamheid tegen. Voor verkeer hanteren we de leskaternen van Veilig Verkeer Nederland. Groep 7 zal jaarlijks meedoen aan het theoretische verkeersexamen, dat wordt aangeboden en georganiseerd door VVN (Veilig Verkeer Nederland). Onderwerpen die bij sociale redzaamheid behoren zijn normen en waarden, omgang met gevoelens, zelfstandigheid, e.a.
Wetenschap en technologie
Het vak techniek neemt een steeds meer prominentere plaats in binnen het onderwijs. De werkgroep W&T zal dit schooljaar het initiatief nemen om het nieuwe technieklokaal verder in te richten en W&T binnen ons onderwijs te implementeren. W&T wordt daarmee een regulier vak binnen ons onderwijs.
Expressieve ontwikkeling
In de groepen 1 en 2 wordt rond thema’s gewerkt volgens het principe van de basisontwikkeling. De verwerking hiervan gebeurt door vertellen, rollenspellen, tekenen, schilderen, bouwen, muziek, dans en beweging. Veel van deze werkvormen worden in de volgende groepen verder uitgebouwd en ontwikkeld. Belangrijk is dat kinderen binnen de expressievakken (= tekenen, handvaardigheid, muziek en drama) zich leren uiten middels specifieke technieken. Voor de expressieve vormingsgebieden zijn we op zoek naar een nieuwe methode. Voor muziek is gestart met de methode Eigenwijs digitaal. Naast de reguliere lessen worden door het jaar heen optredens verzorgd. Deze optredens worden de Spinnenwebvieringen genoemd, naar de locatie waar ze worden georganiseerd. Tijdens een Spinnenwebviering bereiden twee groepen volgens een rooster enkele optredens voor die door twee andere groepen en ouders worden bekeken. Iedere groep wordt om toerbeurt uitgenodigd een Spinnenwebviering voor te bereiden. Tenslotte worden er jaarlijks een musical ingestudeerd en uitgevoerd door groep 8.
Zintuiglijke en motorische ontwikkeling
De zintuiglijke en motorische ontwikkeling wordt niet alleen tijdens de lessen bewegingsonderwijs gestimuleerd, maar wordt ook tijdens het vrij spelen verder ontwikkeld. Kinderen zijn immers altijd in beweging en proberen tijdens hun spel de grenzen ervan te verleggen. Bewegingsonderwijs gaat verder dan alleen de gymnastieklessen: het bevordert de motorische ontwikkeling; het creëert bewegingsplezier; het bevordert het sociale gedrag en het ontwikkelt de natuurlijke bewegingsdrang bij kinderen. We proberen de doelstellingen rondom bewegen te realiseren door middel van het vrije spel (buiten), de reguliere gymnastieklessen, zang- en wedstrijdspelen, ritmische gymnastiek en deelname aan sportdagen.
De groepen 1 en 2 hebben dagelijks bewegingsonderwijs op het lesrooster staan. Zij maken gebruik van de speelzaal in school, sporthal “de Pol’ of het schoolplein. De groepen 3 t/m 8 hebben twee keer per week gymnastiek op het rooster staan. In principe worden de lessen gegeven in de sporthal, maar bij goed weer kan er ook gebruik gemaakt worden van de sportvelden naast de school. Iedere vrijdag krijgen de kinderen van de groepen 3 t/m 8 gymnastiek van een vakleerkracht. Voor de invulling van het bewegingsonderwijs hanteren we deels de methode ‘Basislessen’.